Voorkomen en herkennen van onveilige situaties

1: Wat doe je als de straat afgezet is net een rood lint?

A. eronder door.

B. omlopen.

C. Vragen aan de werker of je er door mag.

2: spoorboom gaat naar beneden wat doe je?

A. je wacht tot lichten uit zijn.

B. Je gaat er snel onderdoor.

3: iemand komt met thee aan lopen en valt wat doe je ?

je helpt diegene en doet de hand onder koud water.

je vraagt of ze veel pijn heeft en hulp nodig heeft.

4: iemand ligt op de grond want is gevallen wat doe je ?

A.je helpt diegene.

B.je belt 112.

C.je vraagt of diegene hulp nodig heeft en helpt diegene dan.

5: Bent op een feest met veel mensen en ziet dat iemand iets in andermans drankje doet wat doe je ?

A. gaat erop af en zegt er wat van.

B je laat het want je kent de persoon niet van het drankje

C je gaat naar de persoon van het drankje en zegt er zit wat in.

6: je vriend/vriendin valt op de grond en heeft pijn aan de enkel wat doe je?

A.je tilt hem/haar naar huis

B.je vraagt of het gaat en belt de huisarts.

C. hij/zei heeft zoveel pijn en je belt 112.

7: je broer/zus komt thuis en is ernstig verbrand.

A.je zoekt op internet op wat je er tegen kan doen en daarna huisarts bellen als niet gaat.

B. Je belt meteen de huisarts omdat je niet weet wat je kan doen.

8: je gaat bbqen met je familie en je hand vebrand door de bbq wat had je kunnen doen ?

A. je had warmvastehandschoenen aan moeten doen.

B. beter opletten.

9: mensen op een festival die roken in de tent hoe kun je brand voorkomen?

A.rookruimte

B. mensen met sigaretten tegenhouden in de tent.

10: je hebt kaarsen aan staan thuis en ze vallen om tegen iets vlambaars wat had je moeten doen?

A.van tevoren kijken of het steviog genoeg stond en er wat tegen doen.

B. je kon er niks tegen doen.